Skip to content
Home » “Digitalis”: Technomanie volgens het boekje

“Digitalis”: Technomanie volgens het boekje

  • by
  • 9 min read

Enkele weken geleden was ik op een uiteenzetting door Google voor de retail-sector. Ik ben altijd sceptisch als het over zo’n conferenties gaat, maar toegegeven, ik was aangenaam verrast. Als kers op de taart kreeg elke aanwezige ‘Digitalis’ mee naar huis, het boek van de hand van Thierry Geerts, CEO van Google België en Luxemburg. 250 bladzijden onder de zon, en dit is de recensie.

Na een halve bladzijde zijn we er al: een wereld van overvloed ligt binnen handbereik, misschien nu nog niet, maar met wat kunstgrepen hier en daar komen we terecht in Digitalis. Een wereld waar ‘kennis’ het hoogste goed is. Hebben wij even chance, want daar is er namelijk heel veel van. Meer nog: het is onbeperkt beschikbaar. “Oneindige groei” bepleit de auteur, en als we de hoofdstukken uit het boek mogen geloven, is ‘t nog niet eens zo moeilijk ook.

Geld wordt namelijk nutteloos: we gaan kennis ruilen. Iedereen consultant: ik leg u uit hoe je de beste pannenkoeken van de wereld maakt en gij toont mij hoe ik mijn rozelaar snoei. Een ruilmiddel, of een rekeneenheid… niet meer nodig: 100 gram ‘kennis’ alstublieft, fijn gesneden.

Technomane ambities

Dat optimisme staaft Geerts aan de hand van enkele zorgvuldig geselecteerde auteurs die zo langzaamaan cliché zijn geworden in de popsci-lectuur: creatieve destructie (Schumpeter) of een heuristiekje van Kahneman dat uiteraard niet kon ontbreken. Verder gaat het heel goed met de wereld (Norberg), is het bbp achterhaald (Kuznets) en moeten we oppassen voor ongelijkheid (Piketty & Milanovic). Je waant je soms in een opiniestuk van Rutger Bregman.

Tussen de stockfoto’s in — moest dat nou echt? — gaan we de wereld redden door truckchauffeurs om te scholen naar mechaniciens. Geerts zijn technomanie bereikt een absoluut hoogtepunt wanneer hij beweert dat we tegenwoordig “al moeiteloos videoconferenties opzetten met om het even welke smartphone, tablet of laptop.” Irrational exuberance of reflecties van een visionair?

10 stellingen tegen het licht

De auteur heeft het over verschillende domeinen: mobiliteit, smart cities, onderwijs, commerce, financiën en media. Wat alle hoofdstukken in dit boek gemeen hebben, is dat de inhoud gestoeld is op techno-optimisme. De fact checker in mij kon het niet laten om enkele stellingen te onderzoeken waar Geerts zich op beroept om zijn betoog te maken.

Stelling 1. Om aan te tonen dat bedrijven moeten inzetten op snelheid van hun mobiele website: “Volgens een studie van Google duurt het gemiddeld 22 seconden om een mobiele website te openen. Dat is een eeuwigheid, zeker als je weet dat 53% van de bezoekers na drie seconden de website al heeft vertlaten.”

Dat is een studie, uitgevoerd door Think with Google uit 2017, waarbij website geladen werden via een intussen verouderd 3G-netwerk. De cijfers in 2018 spreken over 15 seconden. Best ironisch: Onlangs schreef ik nog dat de snelheid van websites sterk verbetert als je de advertenties — van o.a. Google — verbergt met een AdBlocker. Iets wat Google met hand en tand bestrijdt.

Stelling 2. Over het Zalando-effect: “In 2016 draaide het bedrijf een omzet van 3.6 miljard euro. Het geheim achter dat succes? Zalando trok twijfelende consumenten over de streep met ‘het recht op gratis terugsturen’.”

Dat cijfer klopt. Het is echter zo dat de winstmarges van Zalando flinterdun zijn, en dat het aanpassen van het retourbeleid een belangrijke driver lijkt te zijn om rendabel te blijven. Geen idee hoe het er nu aan toe gaat, maar in al dat optimisme zou je vergeten dat de pakjes van Zalando in 2014 verwerkt werden door moderne slaven. Het betoog over gelukkige werknemers kan dan ook door het raam.

Stelling 3. Over nieuwe winkelconcepten: “Zo is er Picnic, een online supermarkt of websuper. Die haalde in 2017 een omzet van 100 miljoen euro en mikt voor 2018 al op een omzet van 300 miljoen euro.”

De omzet viel echter 50% lager uit: het werd 200 miljoen euro. Dat ook Picnic geld probeert te verdienen op de kap van haar werknemers lijkt het optimisme niet te temperen.

Stelling 4. Over hoe technologie de milieu-impact van e-commerce kan beperken: “Met Bringr kan iedereen koerier worden. Als er een pakje van Brussel naar Gent moet worden vervoerd en je toevallig zelf die richting uit gaat, dan kun je het pakje meenemen… […] Bringr is intussen ondergebracht bij Parcify.”

Bringr is inderdaad niet meer. Het had niet de nodige vergunningen om te opereren. De activiteiten werden overgedragen aan Parcify. Parcify werkt echter met koeriers (studenten, zelfstandigen). Je kan dus geen pakjes meer oppikken en richting Antwerpen rijden. Alsook bij Parcify kunnen we moeilijk van een gigantisch succes spreken: de omzet in 2017 bedroeg slechts 73.000 euro.

Stelling 5. Over gebruiksgemak dankzij technologie: “De ‘Dash Buttons’ van Amazon zijn een mooi voorbeeld van een dergelijke nieuwe strategie.”

De introductie van de Dash buttons leek een 1-aprilgrap te zijn. Maar zo snel als ze geïntroduceerd werden, zo snel zijn ze ook weer van het toneel verschenen.

Stelling 6. Om online onderwijs toe te juichen: “Kort daarna kondigde de universiteit nog twee andere MOOC’s aan, die elk vlot de kaap van 100.000 inschrijvingen haalden. Het was onderwijs van een tot dan toe ongeziene schaalgrootte.”

Het klopt dat enorm veel internetgebruikers zich inschrijven op online lesvideo’s — mezelf incluis. Het is echter zo dat maar een fractie van die gebruikers daadwerkelijk de lessen ook afrondt. Bij Coursera — ook mijn favoriete platform — haalde slechts 4% ook werkelijk het einde.

Stelling 7. Over autonoom autodelen: “Zodra iedereen autonoom rijdt, is het een logische stap om het gebruik van de wagens te baseren op beschikbaarheid in plaats van op bezit. Waarom zou je nog een auto kopen als niemand er nog zelf mee rijdt?”

Die logica loopt eigenlijk mank. Er is inderdaad een parallel te trekken met bijvoorbeeld video en romans. Maar een wagen is iets met een sentimentele waarde en een statussymbool. Waarom zit de verkoop van vinyl in de lift sinds de introductie van digitale muziek? Waarom kopen we massaal kookboeken ondanks de opkomst van takeaway.com en Deliveroo? Waarom verkoopt Google foto-albums?

Stelling 8. Over nieuwe generaties die geen auto willen: “De jongere generaties hebben niet langer de behoefte om een eigen auto te bezitten, maar gebruiken die platformen om een auto te huren wanneer ze die echt nodig hebben.”

Ik behoor zelf tot GenY en ben drie jaar lang Cambio-lid geweest. Ik weet dat het niet zo een rooskleurig verhaal is. Meer nog: ik steiger als ik een babyboomer hoor verkondigen dat wij geen auto willen. En ook onderzoek bevestigt dat. De redenen dat nieuwe generaties minder vaak een auto aankopen is vanwege economische redenen, niet door een verschuiving van voorkeuren. En ook de auteur lijkt zichzelf een bladzijde later zichzelf tegen te spreken door te stellen dat een auto bezitten simpelweg te duur is geworden.

Stelling 9: Over files en autonome wagens: “Sommige studies beweren dat er net meer files zouden ontstaan. […] Ik ben het daar niet mee eens. Het is gewoon moeilijk om je in te beelden hoe zelfrijdende auto’s het verkeer vlot kunnen laten verlopen en welke oplossingen ze bieden.”

Recent onderzoek wijst uit dat het goed mogelijk is dat er net meer files kunnen ontstaan. Autonome wagens zouden namelijk blijven toeren in plaats van zich te parkeren, om geen parkeergeld te moeten betalen. Een belangrijke rol is dus weggelegd voor beleid.

Stelling 10. Over e-commercevriendelijk politiek beleid: “De voorbije vijf jaar zijn er 15.000 jobs in onze buurlanden bijgekomen voor logistieke activiteiten van e-commerce. Als al die jobs er in ons land waren bijgekomen dan betekende dat een surplus voor de sociale zekerheid van 1.6 miljoen euro per dag, klinkt het bij handelsfederatie Comeos.”

Los van het feit of een uitbreiding van nachtwerk goed is voor de inwoners van Digitalis, is dit een cijfer dat reeds enkele malen geciteerd werd, onder andere in De Morgen. Het bericht is echter niet langer beschikbaar op de website van Comeos. Ik heb Comeos via email gecontacteerd, maar mocht nog geen antwoord ontvangen. Ik ben geen arbeidsmarktspecialist, maar toch waag ik me even aan een kleine berekening: 1.6 miljoen euro per dag, dat is 584 miljoen op jaarbasis. Puur hypothetisch: stel dat een vaste werknemer in een distributiecentrum netto maandelijks 1500 euro overhoudt. Dat wil zeggen dat hij ongeveer 2100 euro bruto verdient. De werkgever- en werknemersbijdrage (RSZ) zijn dan ongeveer 1000 euro, in het beste geval. Met 16500 jobs levert dat op jaarbasis 198 miljoen op. Dat is 34% van wat Comeos voorop stelt. Je zou kunnen argumenteren dat al deze jobs zullen opgevuld worden door niet-werkende werkzoekenden, en er geen werkloosheidsuitkering meer betaald zal moeten worden. Dan nog is het vergezocht om aan 3 keer dat bedrag te komen. Waarschijnlijk vergeet ik iets. Desondanks, een oproep aan Comeos om meer duidelijkheid te verschaffen in dit cijfer.

Een man met een missie, op zoek naar zingeving

Het boek ‘Digitalis’ leest als een trein en ik had het uit op enkele uurtjes. Maar ik kon me niet ontdoen van het feit dat ik het allemaal al ergens gelezen had. ‘Digitalis’ zou voor digibeten kunnen zijn wat senioren.net voor bejaarden is: een eerste blauwdruk voor wat dat digitale ding allemaal kan en hoe we er als maatschappij om mee zouden moeten gaan. Het is alsof de CEO van Google België voor zichzelf even op een rijtje wou zetten waar hij nu eigenlijk voor staat, een soort van persoonlijke ideologie, om cognitieve dissonantie te lijf te gaan. Hierbij selecteert hij zorgvuldig de auteurs en cijfers om — als CEO van Google België kan hij eigenlijk niet anders — niet af te wijken van een techno-optimistisch elan.

Thierry Geerts is ongetwijfeld een visionaire bedrijfsleider. Maar persoonlijk kom ik liever in aanraking met de producten en diensten van zijn bedrijf, dan met de inhoud van zijn boek. Begrijp met niet verkeerd: ik had de inhoud waarschijnlijk gesmaakt als het aangeboden werd in verkorte vorm; in enkele artikels of blogberichten. Maar ik vond ‘t geen 250 bladzijden waard. Wie de laatste jaren werkelijk alles aan zich voorbij heeft laten gaan op vlak van technologie zal ongetwijfeld wél iets hebben aan het boek.